Naar aanleiding van ons schoolproject “Bie en bie op stelten”,
stond het waarnemen en het onderzoeken van de pissebed en de regenworm op het
programma.
We gingen eerst op zoek naar deze diertjes en maakten zo al meteen
kennis met hun eigen vindplaatsen. De pissebedden vonden we vooral op vochtige
plaatsen onder stenen, tussen afgevallen bladeren of onder dood hout. De
regenwormen moesten we vooral onder de grond zoeken, door de grond om te
spitten.
Deze twee kriebeldiertjes werden ook eens goed onder de loep
genomen.
We zagen dat de pissebed 14 pootjes had en de regenworm geen
enkel, maar die had dan wel haartjes die hem o.a. helpen bij het voortbewegen.
Proefjes wezen uit dat ze beiden het licht en de droogte schuwen.
Om het doen en laten van de regenworm onder de grond nog beter te
kunnen bestuderen, maakten we een mini-leefomgeving onder de vorm van een “wormenhotel”.
Na enkele dagen konden we vaststellen dat die regenwormen heel wat
gangen hadden gegraven en ook van de blaadjes hadden gesnoept. Ze proberen
zelfs die blaadjes onder de grond te trekken.
Door het omwoelen van de aarde zorgen de regenwormen voor een
luchtige bodem!
Daarom zijn het vrienden van de tuinman!
Juf Sonia, L1
Het wormenhotel bij aanvang |
Het wormenhotel na enkele dagen (zijde 3) |
Het wormenhotel na enkele dagen (zijde 4) |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten